
- Gegevens
- Geschreven door: Didier (De Wever)
- Categorie: Recensies
- Hits: 430
De Fake News Files: Onthullingen van een Bullshit Detective
Auteur: Maarten Schenk
Non-Fiction
Uitgeverij: Lannoo
ISBN: 978 94 0147 686 7
Beoordeeld door: Joris De Draeck, Onafhankelijk Journalist
“Vals nieuws” werd één van de meest populaire verwijten van de afgelopen jaren. Het zoeken naar duiding over wat het is en waar het vandaan komt, is noodzakelijk. Immers, indien we bepaalde berichten te snel als “vals nieuws” zouden bestempelen dan kan dat perspluraliteit in gedrang brengen en die is noodzakelijk in een democratie. Positie en oppositie moeten met elkaar in conflict.
De auteur Maarten Schenk is de oprichter van Lead Stories, één van de vele (Westerse) fact checkers die door allerlei tech-giganten aangesproken werden om berichten te verifiëren. Hij kreeg eveneens de Zesde Vijs van SKEPP, een organisatie die als doel heeft feit van fictie te onderscheiden. Indien iemand weet hoe de vork in de steel zit, dan moet hij het zijn.
De inleiding
Je zou verwachten dat de introductie tot dit geladen onderwerp een omkadering zou inhouden: een duiding bijvoorbeeld van hoe “vals nieuws” populair wordt samen met een definitie ervan. Spijtig genoeg gebeurt dat niet. De eerste pagina’s van het boek staan bol van de eerste-persoonsvorm (“ik” wordt niet minder dan 8 keer herhaald in de eerste vier zinnen) en een herhaling van de woorden “straffe verhalen” die de auteur zelf zo beschrijft gezien hij ze zelf meemaakte.
De achterflap van dit boek meldt Lead Stories duidelijk, dus is het gepast dat het eerste voorbeeld van een viraal gegane fact check aangehaald wordt; die ging over de vermeende dood van “Slim Jesus”. Naar alle waarschijnlijk is dat niet iemand die gekend is bij de lezers van Schenk’s boek. Dat is logisch ook: die eerste fact check is immers enkel maar te duiden als “hoegenaamd niet relevant op het wereldtoneel”.
Pas in het vierde hoofdstuk krijgen we enige achtergrond hoewel de titel van het hoofdstuk “Trump vs. Clinton” de lading niet dekt. Schenk gaat dieper in op hoe websites, kliks en advertenties in verhouding staan met adverteerders en sociale media. Is het boek vertrokken?
Waarom het boek interessant is…
In zekere zin wel. Schenk legt uit hoe de voornoemde variabelen in de loop van het laatste decennium interageerden en hoe technologie – zoals zijn eigen Trendolizer - gebruikt werd (en wordt) om viraal-gaande berichten snel te identificeren. Die blik achter de schermen is relevant: het laat de lezer immers toe om zich een idee te vormen van (a) hoe de huidige journalistieke wereld “nieuws” traceert en verzamelt, en (b) hoe de internettechnologie op zich in staat is om viraal-gaande berichten nagenoeg binnen het uur te ontdekken. Schenk gebruikt daarvoor de nodige anekdotes van viraal gegaan nepnieuws en deelt ons zijn ervaringen met enkele individuen die dat nepnieuws, uit winstbejag, actief creëren en creëerden.
De voorbeelden variëren: een zekere Christopher Blair komt aan bod die door sommigen als de “uitvinder van vals nieuws” bekeken wordt. Een andere genaamd Paul Horner verspreidde bijvoorbeeld het bericht dat hij Banksy ontmaskerd had. Akesse Sanza is een Ghanees entrepreneur die centen verdiende met het creëren en verspreiden van nepnieuws, terwijl de “Macedonische tieners” bijna als rode draad door het boek herhaald worden. En toch schort er iets aan het boek of aan mijn verwachtingen ervan. Mogelijk wordt dat ingelost wanneer de meer heikele onderwerpen zoals Trump, BLM of Covid worden aangehaald want, voor de meesten, lijkt dat het moment geweest te zijn wanneer “vals nieuws” op de radar verscheen; een observatie die je kan nagaan met Google Trending…
Waar het boek tekort schiet…
De beslissing van wat “vals nieuws” is of niet is, is maatschappelijk relevant wanneer het de écht grote vraagstukken van deze tijd behandelt. De problemen met een wereldwijde impact zoals Covid, Trump, de op nieuwe technologie gebaseerde vaccins, de presidentiële verkiezingen van 2020, de impact van BLM (Black Lives Matter) enz. Het is hier dat Schenk carrément de kant kiest van de gevestigde orde die de laatste jaren nogal graag het begrip “consensus” hanteert om dissidente stemmen te discrediteren – zoals alle fact checkers deden en doen. En, hoe je het ook draait of keert, bij al die onderwerpen zijn zéér terecht vragen te stellen terwijl Schenk in zijn boek anekdotes gebruikt die eerder kleinschalig te noemen zijn (hoewel ze wél een impact kunnen gehad hebben op een beperkte groep hoor; daar niet van).
Een open discussie in onze samenleving van die grote onderwerpen is hoogstnoodzakelijk. Bij gebrek eraan zou de politiek immers beslissingen kunnen nemen die in lijn zijn met de publieke opinie. Indien die publieke opinie slechts gevormd wordt op basis van eenzijdige informatie omdat fact checkers de fout zouden maken iets te snel als “nep” te bestempelen, dan zit onze maatschappij met een probleem. Schenk gaat deze confrontatie echter niet aan.
Conclusie
Maarten Schenk’s boek is interessant indien je wil weten hoe de fact checkers tot de onderwerpen komen die viraal gaan, welke technologie ze ervoor gebruiken en hoe de “fact check” netwerken geïntegreerd werden met “big tech”. Aan de hand van zijn ervaring beschrijft de auteur zijn persoonlijke verhaal van ongekende nerd tot enigszins bekende speler als detective van “bullshit” zoals hij zelf in de titel schrijft. Mij gaat dat echter niet ver genoeg.
De controversiële onderwerpen blijven grotendeels buiten schot hoewel enkele hoofdstukken de titel dragen. Ze worden aangekaart met de stelligheid die we gewoon zijn geworden: Trump is slecht, covid is apocalyptisch zonder de vaccins, BLM betekende enkel een spontaan optreden tegen racisme en de verkiezingen van 2020 waren legitiem. Misschien was mijn verwachting te hoog en / of te vooringenomen als onafhankelijk journalist die zich niet van de indruk kan ontdoen dat er bij die zware onderwerpen zéér terechte vragen kunnen gesteld worden die door “fact checkers” steevast en bijna vanzelfsprekend naar de prullenmand verwezen worden.
De Fake News Files is eerder luchtig en zelfingenomen, geschreven door een man die zijn roeping (en inkomen) duidelijk gevonden heeft. Een ethisch-filosofische benadering van voor en tegens van “fact checkers” is het geenszins wat ook blijkt uit de observatie dat niet één van zijn anekdotes gaat over fouten die ze, statistisch gezien, ongetwijfeld maken. Zelfs een grote redactie moet af en toe correcties schrijven. Dat gebeurt hier niet.
Joris De Draeck

- Gegevens
- Geschreven door: Didier (De Wever)
- Categorie: Recensies
- Hits: 409
de patroonzoekers
een nieuwe theorie over de menselijke vindingrijkheid
auteur Simon Baron-Cohen
categorie non-fictie
uitgeverij Nieuwezijds 2022
ISBN 978 90 5712 566 9
beoordeeld door Gerda Sterk
XXXXX
Soms zijn het de mensen bij wie niemand zich iets voorstelde die dingen doen die niemand zich kon voorstellen (Alan Turing. The Imitation Game)
De Engelse titel toont waar het de auteur om te doen is: The Pattern Seekers. How Autism Drives Human Invention. (2020) De Nederlandse vertaling heeft het onderwerp breder opengetrokken.
Opgedragen aan autistische mensen
Dat is de opdracht op de eerste bladzijden van het boek. Baron-Cohen zal proberen aan te tonen hoe belangrijk de mensen met deze "afwijking" waren voor de vooruitgang van de wereld en hij pleit voortdurend voor méér begrip en vooral waardering voor autisten vandaag.
Thomas Edison is een hypersystemiseerder
De uitvinder van o.a. de gloeilamp had alle kenmerken van autisme. Zijn sociale vaardigheden waren gebrekkig, maar overal speurde hij naar patronen en systemen. Als kind al voerde hij obsessief experimenten uit en hij stopte nooit. De auteur voert hem dikwijls op als voorbeeld, al is niet bekend of hij inderdaad autisme had.
Het systemiseermechanisme
70.000 tot 100.000 jaar geleden ontwikkelde zich in ons brein het systemiseermechanisme dat gestuurd wordt door als-en-dan patronen. Daarmee sloeg Homo Sapiens een andere weg in dan de rest van de dierenwereld, veroverde de aarde en is zelfs nu in staat om die aarde met bijna al wat erop leeft te verwoesten. De mens stelt zich vragen, formuleert een hypothese en toetst die aan de werkelijkheid door herhaaldelijk experimenteren. Als er een patroon gevonden wordt, wijzigt hij/zij het en toetst het in in een cyclus. Kort gezegd: observeren, modelleren, experimenteren.
Waarom apen niet skateboarden
Zo werkt wetenschap, zo worden uitvindingen gedaan, zo vinden we nieuwe en betere medicijnen. Herhaaldelijk vergelijkt Baron-Cohen de Homo Sapiens met zijn voorgangers en met andere dieren. En ja, dieren bouwen kunstige nesten maar die zullen ze nooit veranderen. Apen gebruiken werktuigen. Per toeval ontdekten ze de mogelijkheden van een steen of een tak, gaven die kennis zelfs door aan nakomelingen, maar kwamen nooit op het idee om dat werktuig te verbeteren. De auteur staaft zijn beweringen met onderzoek en met vermelding van de vorsers die het ontdekten.
Revolutie in het brein
Het gebruik van taal en de mogelijkheid om je in te beelden wat er in het hoofd van je medemens omgaat, betekende een enorme stap voorwaarts in de evolutie van de mensachtige. In deze hoofdstukken overloopt de schrijver de geschiedenis van drie van onze voorouders en vindt nergens de aandrang tot experimenteren. Homo Sapiens begon ergens tussen 70.000 en 100.000 jaar geleden te experimenteren en zaken uit te vinden. Archeologen vinden overal aanwijzingen: gravures, kralen, pijl-en-boog.
Neig je tot systemiseren of empathiseer je méér?
Hij legt uit welke twee grote persoonlijkheidskenmerken hij ziet en geeft op het einde twee vragenlijsten waaruit je kan opmaken waar jij zelf zit. Dan kan je je breintype berekenen. Als je een hoog systemiseerquotiënt hebt, loont het de moeite om ook je autismespectrum te onderzoeken in bijlage 2.
Lezen?
Het bovenstaande klinkt misschien theoretisch en saai, maar dat komt omdat Baron-Cohen het veel beter kan uitleggen dan ik! Hij gebruikt toegankelijke taal, soms humor, schematische voorstellingen en veel voorbeelden van alledaagse gebeurtenissen die hij ontleedt.
De vertaler gebruikt voor "systemizer" de vertaling "systemiseerder" en niet "systematiseerder". Dat woord en afgeleiden worden 'tig keren gebruikt, wat mij telkens een seconde kostte om het (in gedachten) te lezen! Er worden regelmatig inzichten herhaald, wat sommigen overbodig zullen vinden, maar ze duiken telkens in een andere context op, zodat het verhelderend werkt.
Het laatste hoofdstuk wijdt hij expliciet aan het "cultiveren" van de uitvinders van de toekomst, m.a.w. het is hoog tijd dat we mensen met het autismespectrum waarderen voor wie ze zijn. Misschien hebben ze nul sociale vaardigheden, maar hun systemiseermechanisme of patroonzoeken is van onschatbare waarde. Dikwijls vinden ze geen werk omdat hun gaven niet worden herkend. De werkgever heeft geen idee van neurodiversiteit en staart zich blind op de "abnormale" houding van de sollicitant. Autisten die dit boek lazen, bevelen het in hoge mate aan, vooral aan werkgevers, maar evengoed aan iedereen die "ons, weirdos" een plaats wil geven in de maatschappij.
Zeer uitgebreide Noten
Soms vind je in de noten achteraan nog veel meer uitleg of minstens een verwijzing naar andere auteurs die Baron-Cohen raadpleegde. Ook de index kan helpen om snel iets op te zoeken.
- Gegevens
- Geschreven door: Didier (De Wever)
- Categorie: Recensies
- Hits: 911
Bernadette , tweeling als licht geboren, deel 1
Bernadette, het visioen over het goede, deel 2
Christina, bewustzijn schept vrede, deel 3
Christina, Uiteindelijk komt alles goed, deel 4
auteur: Christina von Dreien
Uitgeverij: Akasha
De vier boeken uit de Christina-boekenreeks zijn al tussen de zeven en de drie keer herdrukt. Vooral voor het laatste boekje is dat een prestatie, want het verscheen in 2021!
De mensen hebben dus duidelijk behoefte aan een opbeurende boodschap. Deel 1 en 2 vertellen het begin van het Christina’s verhaal vanuit het perspectief van de moeder. Deel 3 en “Uiteindelijk..” schrijft het meisje zelf.
De moeder vertrekt in deel 1 vanuit het standpunt dat het flink misgaat in de wereld. Ze heeft dus de werken van Steven Pinker, Hans Rosling, Rutger Bregman e.a. niet gelezen. Die schrijvers tonen namelijk helder aan dat het nooit zo goed ging met de aarde.
Als je stelt dat het altijd beter kan met de mensheid, dan – schrijft de moeder – moet je naar mijn dochter luisteren. Het was haar namelijk al snel duidelijk dat ze een erg speciaal kind gebaard had: iemand met een zeer hoge trillingsfrequentie, multidimensionale waarneming en paranormale gaven. De moeder stortte zich onverwijld in de kwantumfysica, neuropsychologie en bewustzijnsonderzoek om haar kind beter te begrijpen. Christina is 14 jaar als beiden zich over de thesen van Stephen Hawking buigen en ze is amper 18 jaar als ze “Bewustzijn schept Vrede” schrijft, waarin liefde, waarheid en vrijheid centraal staan. De wijsheid die de teenager tentoonspreidt, wordt als volgt verklaard: “Ze is op aarde geïncarneerd om licht en vrede te verspreiden. Het licht is overal op de wereld. Er is alleen iemand nodig die op de aan-knop drukt.” Daaruit volgt dat ze gemachtigd is om aan de lezers allerlei goede raad te geven: “luister naar de waarheid die het hart spreekt en leef die waarheid”. Iets praktischer is: wees tevreden met wat je hebt. Iets minder praktisch: “Onvoorwaardelijk liefhebben betekent… dat je … liefde zelfs laat stromen naar plekken waar nog geen liefde is… want waar geen liefde is, is liefde het hardst nodig” (deel 3, p. 26). Kinderen zouden met plezier naar school moeten gaan, de oude structuren hebben afgedaan. Ze stelt voor om de lessen aan te passen aan elk kind afzonderlijk (p. 141) zodat een “hartgedragen school” in de plaats komt van de opleiding tot robotten die een school nu is.
In de vier delen is er sprake van het “fijnstoffelijke”, wat ze een betere naam vindt voor dode mensen, met wie Christina gemakkelijk in contact treedt vanwege haar verhoogd trillingsniveau. Het lichaam is eenvoudigweg de behuizing van de ziel en “doordat elke ziel oorspronkelijk voortkomt uit de bron, God, draagt hij in diepste wezen onvoorwaardelijke liefde in zich”. “Wij zijn spirituele wezens die in een lichaam zijn geïncarneerd”. Vrede is belangrijk voor Christina en niet de politici zijn verantwoordelijk, nee, wij als volk zijn dat, denk maar aan de woorden: “Stel je voor dat het oorlog is, maar dat niemand erheen gaat”. Zo eenvoudig kan het zijn, ware het niet dat: “de mensen hebben een vrije wil. Het hangt enkel af van de keuzes die ze maken”.
De vier boeken zijn duidelijk geïnspireerd door de christelijke boodschap van liefde en licht en een terugkeer naar een soort aards paradijs, dat we kunnen bereiken als we allemáál haar raadgevingen volgen. Er is sprake van “hogerdimensionale lichtwezens” die de mensheid geschapen hebben, in het oog houden en soms leiden. De piramides zijn niet gebouwd zonder hun hulp. “Veel buitenaardsen vliegen voortdurend met hun ruimteschepen rond de Aarde” (p 54, deel 4). Toeval bestaat niet, ook de corona-epidemie heeft een doel: “het zal beter worden dan voorheen” (p 14, deel 4).
Het viel me als sceptische lezer moeilijk om oog te houden voor de toch wel mooie boodschap van de 20-jarige, verstopt als die tussen een massa onwetenschappelijke beweringen, die zelfs het gezond verstand geweld aandoen. Toch kan je op Google talloze enthousiaste reacties vinden van – meestal vrouwen – die helemaal méé zijn. Sommigen hebben het over inzichten die hun leven veranderden.
Ik kan deze boeken enkel aanraden aan degenen die hun bewustzijn willen verruimen, aan collectieve frequentieverhoging willen doen, willen leren leven met hun karma, hun spirituele netwerken willen uitbouwen, hun telepathische en telekinetische vermogens op peil willen brengen, alsook nagaan of zij aanleg hebben om met het hiernamaals in contact te treden, en – als het effe kan – met dieren en planten te communiceren. Let wel, het is niet omdat Christina dit kan, dat jij, lezer, het ook kunt, maar deze 4 boeken kunnen een leidraad zijn op je pad naar verlichting.
Gerda Sterk
lid van VJV (Vlaamse Journalisten Vereniging) en van SKEPP (Studiekring voor de Kritische Evaluatie van Pseudo-wetenschap en het Paranormale)